BRYNJOLFSSON, E. & A. MCAFEE, Het tweede machinetijdperk. Hoe de digitale revolutie ons leven zal veranderen. (Vert. The Second Machine Age. Work, Progress and Prosperity in a Time of Brilliant Technologies, 2014) Houten/Tielt, Uitg. Spectrum/Lannoo, 2014, 271 pp. – ISBN 978 90 774 4535 8
De industriële revolutie luidde het machinetijdperk in. Met de digitale revolutie staan we aan de vooravond van het tweede machinetijdperk. Technologieën die we alleen uit SF kenden, zoals zelfrijdende auto’s en een ruime verscheidenheid aan praktisch inzetbare robots, zullen straks dagelijkse werkelijkheid worden.
De auteurs, beide verbonden aan het befaamde Massachusetts Institute of Technology, maken zich sterk dat we nog heel wat wonderen zullen te zien krijgen. De innovaties zullen elkaar steeds sneller opvolgen en voor indrukwekkende ontwikkelingen zorgen, die de levensstandaard van mensen ingrijpend zullen verhogen. Ze zullen de samenleving en de economie even radicaal veranderen als destijds de stoommachine. En ze zullen bijdragen aan een betere wereld.
Die veelbelovende vooruitzichten hebben echter een donkere keerzijde. Machines zullen routinematige verwerkingstaken van mensen overnemen. Daardoor kan een aanzienlijk deel van de bevolking werkloos worden zonder uitzicht op een nieuwe baan. De nieuwe technologieën zullen ook zorgen voor een grotere kloof tussen mensen met en zonder baan, tussen hooggeschoolde en minder geschoolde arbeidskrachten en tussen de supersterren en de rest.
De vooruitgang in de digitale technologie is geen vloedgolf waarop iedereen in gelijke mate wordt meegedragen. We kunnen een toenemende ongelijkheid verwachten in welvaart, inkomen, levensstandaard en ontplooiingsmogelijkheden. Dit is een immense uitdaging voor beleidsmakers, ondernemers en elke individuele burger. Zowel op korte als lange termijn zijn maatregelen nodig die de welvaart in stand houden en vergroten, en goede vooruitzichten bieden op banen en inkomsten.
Een economie waarin zoveel mogelijk mensen werken moet daarbij het streefdoel zijn. Op het eerste zicht lijkt dit steeds moeilijker te worden omdat machines het werk van mensen overnemen. Maar zelfs op gebieden waar digitale machines de mens ver achter zich gelaten hebben is voor mensen nog een onmisbare rol weggelegd. Goed opgeleide mensen kunnen heel nuttig werk verrichten als ze samenwerken met machines.
Dit boek verheldert wat in de polemieken over de groeiende ongelijkheid onvoldoende ter sprake komt. Zoals op het hoogtepunt van de industriële revolutie maken machines het werk van massa’s mensen overbodig. Maar de huidige evolutie is nog veel ingrijpender en gaat veel sneller. Hoe meer een markt gedigitaliseerd wordt, des te groter de kans dat de winnaar het allemaal krijgt. Toch blijven de auteurs optimistisch. Het komt erop aan om flexibel te blijven, bereid te zijn om onze gewoonten aan te passen en onbevooroordeeld naar bestaande en nieuwe systemen kijken.
Dit blijven echter slechts vage aanbevelingen en het is maar de vraag of ze echt realistisch zijn. Begrijpelijkerwijs zijn ze afgestemd op de situatie in de Verenigde Staten. Het mag de auteurs vergeven worden, want in dit boek willen ze vooral duidelijk maken waarom de digitale ontwikkelingen zo revolutionair zijn en welke de gevolgen zullen zijn.
Daarin zijn ze met glans geslaagd. Ze hebben bovendien hun best gedaan om inzichtelijk te schrijven voor een ruim publiek. En de delen die minder toegankelijk zijn door de opsomming van wetenschappelijke studies kun je als doorsnee lezer diagonaal lezen.
© Minervaria
Geen opmerkingen:
Een reactie posten