HAND, D., Het Onwaarschijnlijkheidsprincipe. Waarom toeval, wonderen en zeldzame gebeurtenissen iedere dag voorkomen. (Vert. The Improbability Principle. Why Coincidences, Miracles and Rare Events Happen Every Day, 2014) A’dam, Ambo/Anthos Uitgevers, 2014, 283 pp. – ISBN 978 90 263 2721 6
Mensen die meermalen een loterij winnen, de bliksem die bij herhaling dezelfde pechvogel treft, financiële rampen die zich keer op keer voltrekken, …
Soms is een samenloop van gebeurtenissen zo onaannemelijk dat ze gestuurd lijkt door geheimzinnige buiten- of bovennatuurlijke krachten. Allerlei vormen van bijgeloof, profetieën, goden, wonderen, occulte verschijnselen en paranormale krachten worden dan ook ingeroepen om deze verrassende gebeurtenissen te verklaren.
Ingewikkelde en mysterieuze theorieën zijn echter geheel overbodig. De kans of waarschijnlijkheid dat een gebeurtenis plaats grijpt wordt afdoende verklaard door de wetten van de kansberekening. Zo zegt de wet van de onvermijdelijkheid dat er zich altijd een van alle mogelijke gebeurtenissen zal voordoen. En volgens de wet van de werkelijk grote aantallen heeft zelfs een onaannemelijke gebeurtenis een gerede kans om zich voor te doen, als er maar voldoende gebeurtenissen zijn.
Met deze wetten bent u misschien vertrouwd uit het werk van Leonard Mlodinov, Nassim Taleb of Spyros Madrikadis. De Britse statisticus David Hand gaat nog een stapje verder. In dit boek toont hij aan hoe deze en andere wetten elkaar versterken en een toevallige samenloop van gebeurtenissen afdoende kunnen verklaren.
De verschillende wetten van de kansberekening vormen samen de pijlers of strengen van het Onwaarschijnlijkheidsprincipe. Zo kan een uitkomst die eerst buitengewoon onaannemelijk leek, in feite heel waarschijnlijk zijn en het onverwachte dus helemaal niet zo onverwacht. De combinatie van deze wetten is er de oorzaak van dat ogenschijnlijk uiterst ongewone gebeurtenissen zich dagelijks voordoen.
De kracht van het Onwaarschijnlijkheidsprincipe wordt bovendien versterkt doordat de menselijke psychologie niet goed toegerust is om de kans op toevallige gebeurtenissen correct in te schatten. Wij laten ons vaak verrassen en beschouwen gebeurtenissen als hoogst onwaarschijnlijk omdat onze intuïtieve waarneming ons misleidt. Wij slaan geregeld de bal mis omdat we ons vergissen.
En het is niet alleen leuk om dat allemaal te weten, het is ook nuttig. Want in allerlei sectoren moeten soms levensbelangrijke beslissingen genomen worden op basis van de inschatting van kansen. Zo vloeien gerechtelijke dwalingen vaak voort uit veronderstellingen die berusten op verkeerd begrepen kansberekening. De auteur toont aan hoe een beter begrip van het Onwaarschijnlijkheidsprincipe een toepassing vindt in de wetenschap, het zakenleven, de medische wereld en de rechtspraak.
Volgens de New Scientist is dit werk een voortreffelijke inleiding in het kritisch denken. Daar ben ik het helemaal mee eens. In Het Onwaarschijnlijkheidsprincipe maakt u kennis met de fascinerende wereld van het toeval en de kansberekening. En die is veel spannender dan de vergezochte theorieën over mysterieuze verschijnselen zoals buitenaardse tussenkomsten, verborgen boodschappen in de Bijbel of paranormale dieren die de uitkomst van een wedstrijd voorspellen.
U hoeft bovendien niet bang te zijn dat de inhoud u boven het petje zal gaan. Alleen het beperkte deel over de oorzaak en werking van het universum is een taaie brok, maar dat kunt u gerust overslaan. De auteur is erin geslaagd om wiskundige wetenschap over toeval en kansen op een inzichtelijke en onderhoudende wijze voor te stellen. En de epiloog en appendices bevatten een bondige herhaling van de wetten en hun uitkomsten.
© Minervaria
Geen opmerkingen:
Een reactie posten