vrijdag 16 januari 2009

De toekomst is groen

FRIEDMAN, T.L., De toekomst is groen. (Vert. Hot, Flat and Crowded – Why We Need a Green Revolution – and How it Can Renew) A'dam, Uitg. Nieuw Amsterdam, 2008, 496 pp. – ISBN 978 90 468 0412 4

Het afgelopen jaar was wereldwijd gemiddeld weer warmer dan het vorige. De opwarming van de aarde zet door, zeggen klimatologen. Maar geologen hanteren een andere tijdschaal en zien eerder stabilisatie. De kritische journalist Thomas L. Friedman laat zich voor geen enkel karretje spannen. Het probleem is ingewikkelder. De wereld wordt immers niet alleen misschien warm, ze wordt ook plat en vol. Die tendensen beïnvloeden elkaar en kunnen gigantische problemen oproepen. Hoe we met deze mondiale ontwikkelingen omgaan zal in sterke mate de kwaliteit van het leven op aarde in de eenentwintigste eeuw bepalen. Friedman waarschuwt ons dat het hoog tijd wordt dat er wereldwijd werk wordt gemaakt van fundamentele veranderingen om een catastrofe voor de mensheid af te wenden. En volgens hem is het van groot belang dat de Verenigde Staten daarin het voortouw nemen.

Dit boek wordt als bestseller aangeprezen, en ik was op mijn hoede. Wat kan een journalist mij vertellen over een probleem waarover zelfs klimatologen en geologen het niet eens zijn? Krijg ik hier het zoveelste pamflet te lezen van een lobbyende journalistieke klimaatactivist? Het boek van Friedman heeft mij echter in nagenoeg alle opzichten zeer aangenaam verrast.

In eerste instantie spit hij het probleem van de wereld uit. Op het gebied van energie, klimaat en biodiversiteit staat de wereld voor een reeks unieke uitdagingen. De opwarming van de aarde, de onstuimige groei van de middenklasse overal ter wereld door de globalisering en de snelle bevolkingsgroei vallen zozeer samen dat de stabiliteit van onze planeet in gevaar is. Deze combinatie leidt tot schier onoplosbare problemen. Op boeiende en inzichtelijke wijze maakt Friedman duidelijk hoe daardoor energie schaarser wordt, steeds meer planten en dieren uitsterven, miljoenen arme mensen tot schrijnende energiearmoede veroordeeld zijn, de positie van oliedictaturen versterkt en democratisering vertraagd worden en het klimaat in versneld tempo verandert. In essentie gaat het over een energieprobleem. Dit is wat wij in de media te horen en te lezen moesten krijgen maar wat volgens mij onvoldoende gebeurde.

Vervolgens buigt Friedman zich over aanpak en oplossingen. En dan komt 'groen' op de proppen. Maar het 'groen' van Friedman gaat veel verder dan het modieuze groen van de bioproducten en ecochic. Friedman noemt dit 'cynisch' groen, het zijn eenvoudige ingrepen die ons niet veel kosten. Groen denken en handelen wordt vaak voorgesteld alsof niemand een offer moet brengen. En als er offers verwacht worden is 'groen' opeens niet meer populair. Maar hij is wel realistisch: als mensen alleen offers moeten brengen zullen ze hun gedrag niet veranderen. Dus moeten we niet alleen de kosten maar ook de baten van 'groen' verrekenen en zo in rekening brengen dat groen financieel en economisch interessant is. Daarvoor zijn wezenlijke sociale veranderingen nodig en die moeten geschraagd worden door een groene politiek.

De eenvoudige manieren om groen te worden zijn absoluut niet toereikend. We kunnen dit probleem niet al consumerend, hoe 'groen' ook, oplossen of het overlaten aan de keuze van de individuele burger. Er zijn grootschalige initiatieven nodig om de productie en het gebruik van schone energie te ontwikkelen en te vermarkten. De innovatieve technologie op dit gebied is reeds tamelijk ver gevorderd maar er kan nog heel veel gebeuren. Er is een markt voor schone en duurzame energie, maar voorlopig is die nog zeer duur en dus alleen weggelegd voor kapitaalkrachtige mensen of voor durvers. Het is echter anders als naar het totale kostenplaatje gekeken wordt en we de externaliteiten van het huidige systeem, onder andere armoede en vervuiling, in rekening brengen. De overheid heeft hier een cruciale taak. Ze moet de spelregels zo bepalen dat schone en duurzame energie echt kan concurreren met de vuile brandstoffen die nu de markt domineren. Zonder een coherent overheidsbeleid dat schone en duurzame energie daadwerkelijk steunt en propageert staan we immers nergens.

Friedman bespreekt uitvoerig hoe door de juiste prijssignalen en regelgeving de overheid in staat moet zijn om de CO2-uitstoot gevoelig te verminderen. Hij vergelijkt de daadkracht van de overheid in een opkomend industrieland als China met de weifelende en wisselvallige politiek in de VS, die er niet in slagen hun uitstoot gevoelig te verminderen maar op zichzelf terugplooien in angst voor en de strijd tegen het terrorisme. En doordat de overheid de fossiele brandstofindustrie door kortzichtigheid en politiek eigenbelang bevoordeelt is de markt voor schone energie niet echt vrij.

De oplossing voor de warme, platte en volle wereld is ten gronde politiek. Men kan 'groen' of bio proberen te leven, men kan groene activist zijn, maar dat is niet voldoende want kleinschalig en niet verplicht. We hebben behoefte aan politieke leiders die een visie kunnen uitdragen en de autoriteit hebben om een coherente aanpak te kiezen. "Het is belangrijker je politici te vervangen dan je gloeilampen", aldus Friedman. Ik ben het helemaal met hem eens. Hij vergelijkt de groene revolutie met de burgerrechtenbeweging in de VS. Zolang het streven naar gelijke rechten voor blank en zwart een zaak was van activisten veranderde er wezenlijk niets. Dit gebeurde wel op het moment dat ze door de politici in regels en wetten gegoten werden. Je zou dezelfde vergelijking kunnen maken voor alle mensenrechten waarvoor gevochten is en die door wetten vanzelfsprekend geworden zijn. Zo moet het ook gaan met groen. Als groen verdwijnt weten we dat we op de goede weg zitten. Groen is dan normaal geworden. Groen is dan de norm en geen keuze.

Dit boek is geschreven door een Amerikaanse journalist, en geschreven voor Amerikanen. Met patriottische retoriek doet Friedman beroep op de trots van zijn landgenoten om zich als natie weer op de voorgrond te plaatsen. De vergelijking met China als concurrent voor een leidende positie is dus zeer goed gekozen. Het zegt iets over de Amerikaanse kijk dat Europa in zijn boek nauwelijks aan de orde komt.
Na lezing móet je het Europese project wel gunstiger gezind zijn. Want alleen een politiek die de particulariteiten van afzonderlijke staten overstijgt kan een oplossing bieden voor een wereldwijd probleem.

Als je over de soms bevlogen stijl kan lezen, heb je een boek in handen dat deze complexe problematiek op een kritische, realistische en rationele manier benadert. Met treffende beeldspraak en veel variatie zet Friedman, veelvuldig winnaar van de Pullitzerprijs, bovendien een inzichtelijk, boeiend én vlot leesbaar betoog neer.

© Minervaria

Geen opmerkingen: