KRONDL, M., De smaak van de verovering. Venetië, Lissabon en Amsterdam en de strijd om de specerijen. (Vert. A Taste of Contest. The Rise and Fall of the Great Cities of Spice - 2007) A’dam, Ambo, 2008, 366 pp. – ISBN 978 90 263 2113 9
Vóór de Europeanen zich er op stortten bestond er reeds lang een bloeiende specerijenhandel in het Oosten. Smaakmakers en kruiden waren integraal onderdeel van de Romeinse keuken. In de donkere begintijd van de Middeleeuwen waren specerijen echter vrijwel verdwenen uit de dagelijkse kost. Maar de kruisvaarders maakten kennis met de Oosterse eetgewoonten en brachten een nieuwe trend naar het Europese continent.
Kruiden werden de kroon op elke verfijnde keuken. Gekruid eten was exotisch, het was hip en de mensen vonden het lekker. Specerijen werden de volgende zeshonderd jaar een wezenlijk onderdeel van een luxueuze levensstijl waarmee de bovenlaag van de bevolking zich onderscheidde van de onderste lagen. Binnen de rijke klasse werden ze bovendien als medicinale voedingssupplementen gebruikt. Overvloedig gebruik van specerijen was een teken van welstand.
Specerijen waren immers peperduur. En ondanks de hoge kosten van verhandeling en transport waren in de specerijenhandel buitengewone winsten te maken. Mensen over de hele wereld hebben fortuinen verdiend aan de Europese hunkering naar peper, kaneel, kruidnagel en nootmuskaat. Kooplieden vergaarden fabelachtige rijkdommen in de specerijenhandel, monarchen financierden hun legers met hun aandeel in de peperbranche. Maar nergens vormden de Aziatische specerijen het levensbloed van de welvaart zozeer als in de pakhuizen van Venetië, Lissabon en Amsterdam.
Michael Krondl, docent-kok aan de New School in New York, neemt ons mee op een boeiende en intrigerende reis naar het geurige verleden van deze specerijensteden. Hij verdiept zich in het verhaal van de opkomst en ondergang van deze specerijencentra en de economische, politieke en militaire wisselvalligheden die daarin een beslissende rol speelden.
Hij verheldert hoe de Venetianen hun succes dankten aan de overname van de maritieme activiteiten van het verzwakte Byzantijnse Rijk tijdens en na de kruistochten en hoe de godsdienstwaanzin in Europa en de dertigjarige oorlog de doodsteek gaven aan de Venetiaanse specerijenhandel.
Het wordt ons duidelijk waarom de Portugezen voor de handel in specerijen de zware ontberingen trotseerden van de moeilijkste en zwaarste reis die de wereld toen kende. Op deze wijze verdrong een nietig en straatarm land als Portugal de Venetianen en werkte zich op tot de leider in de specerijenhandel. Uiteindelijk moest Portugal zijn heerschappij afstaan aan een opkomende macht in het noorden.
In Amsterdam pakten de Hollanders de zaak weer anders aan. Zij bundelden de krachten in de Vereenigde Oost-Indische Compagnie en legden daarmee de fundamenten voor een specerijenimperium in Zuidoost Azië. Dit monopolie op de handel in nootmuskaat, foelie en kruidnagel was echter niet enkel te danken aan hun zakelijke aanpak maar evenzeer aan de uitbuiting en genocide van de lokale bevolking.
Maar na verloop van tijd betraden ook de Fransen en Britten de specerijenarena. En net toen de Europese wereldheerschappij de handelswegen helemaal open legde waren de trendsetters de specerijen beu geworden. Dit maakte mede een einde aan de Hollandse Gouden Eeuw.
De specerijenhandel bracht een stroom van mensen en goederen over de hele aarde op gang. Misschien is het wel niet overdreven als Krondl stelt dat de oorsprong van de globalisering direct tot de specerijenhandel kan worden herleid. De verschrompelde besjes in onze pepermolen gaven immers de opmaat voor Europa’s entree op het wereldtoneel en zijn uiteindelijke verovering van de wereld.
Dit boek vertelt het fascinerende verhaal hoe de specerijenhandel een nieuwe wereld vormde. Wij denken gemakkelijk dat de wereldgeschiedenis zich voortbeweegt op grote wielen, op napoleontische ego’s, op revoluties van de massa’s, op enorme economische verschuivingen en technologische verandering. Michael Krondl toont overtuigend aan hoe schijnbaar onbeduidende details in het dagelijkse leven, zoals de voorkeur voor bepaald voedsel, kunnen leiden tot opschudding van de wereldorde.
Hiermee stelt hij de geschiedenis van de Europese veroveringen en ontdekkingstochten in een ander daglicht. Krondl heldert ook een aantal misverstanden op over het gebruik van specerijen. Hij toont aan dat men ze niet nodig had waren om het voedsel te bewaren, maar dat ze pure luxeproducten waren die slechts langzaam in het bereik kwamen van de gewone man.
En dat doet hij allemaal op een zeer vlotte en onderhoudende wijze. Als een volleerde stadsgids laat hij ons de sfeer opsnuiven van het meer en minder roemrijke verleden van iedere stad, geeft hij ons een rondleiding langs de historische plaatsen en vertrouwt hij ons heel wat pittoreske details en anekdotes toe. Hij brengt ons ook in contact met een paar markante figuren die zich inzetten om het specerijenverleden van de stad in ere te houden. Michael Krondl is bovendien zelf kok en laat ons meeproeven van typische gerechten.
Als toetje vergast hij ons op een heerlijk gekruid renaissancerecept uit iedere stad.
Al is Michael Krondl geen historicus, zijn verhaal is uitstekend gedocumenteerd met een uitgebreide bronnenlijst. Een handig register maakt je snel wegwijs.
Voor liefhebbers van geschiedenis is het smullen geblazen!
© Minervaria
Geen opmerkingen:
Een reactie posten