zaterdag 11 augustus 2007

De dood van mijn vader

McKERNAN, R., De dood van mijn vader. Over medische wetenschap, liefde en verlies. (Vert. Billy's Halo. Love, science and my fathers dead) A'dam, A. de Jonge, 2007, 303 pp. – ISBN 90 501 8804 3

Wat heb je aan wetenschappelijke kennis als je op het punt staat een dierbare te verliezen? Wat baat het dat je veel weet over hersenen, de chemische stoffen die er circuleren en hoe dat allemaal werkt, als je vader doodziek wordt en gaat sterven? Kunnen deze inzichten je ook maar beetje helpen om dat allemaal te verwerken en een plaats te geven?

Wetenschap kan liefde immers niet reduceren tot een patroon van neuronenactiviteiten en geen verdriet uitdrukken als een wiskundige formule. Wetenschap houdt zich bezig met het bestuderen en verklaren van feiten. Wij gaan er dan ook snel van uit dat wetenschap en emoties niets met elkaar te maken hebben. Toch komt deze kennis pas echt tot leven dankzij het persoonlijke, wanneer de wetenschap ons raakt in ons eigen leven. Dan raken wetenschap en emotie nauw verweven.

Dit heeft Ruth McKernan zeer dichtbij ervaren. Zij is hoofd van de onderzoeksafdeling van een groot farmaceutisch centrum en hoogleraar aan het London Institute of Psychiatrie. In dit boek beschrijft ze het laatste levensjaar van haar vader. De ziektegeschiedenis van haar vader brengt haar in contact met haar herinneringen, hoe de ziekte van haar vader evolueert, de complicaties, de prognose. Elk onderdeel van dat verhaal krijgt een pendant in haar wetenschappelijke kennis: het geheugen, het bewustzijn, stamcellen, de genen, bacteriën. Deze thema's vormen meteen de indeling van het boek. Door haar persoonlijke verhaal te verbinden met wetenschappelijke thema's probeert ze greep te krijgen op haar eigen emoties.

Maar, zoals ze zelf schrijft op bladzijde 295: "het feit dat ik wetenschapper ben heeft me nergens voor behoed; het was geen schild tegen het noodlot, geen bescherming tegen verdriet. Dat ik wist hoe emotie ons geheugen beïnvloedt, kon de beelden van die paar laatste ademtochten niet op een afstand houden. Dat ik wist hoe genen en ontwikkeling gezamenlijk onze persoonlijkheid vormen, kon er niet voor zorgen dat ik meer van mijn vader hield. Wat we ook allemaal van de menselijke geest weten, verandert niets aan wie we zijn."

Toch heeft ze in de wetenschap een manier ontdekt om haar vader als onsterfelijk te beschouwen. Een wetenschappelijke kijk staat immers niet haaks op menselijkheid, ze is ermee verweven en biedt ook troost.

Het boek houdt het midden tussen een roman en een wetenschappelijke verhandeling. Het leest dan ook zeer vlot, en de inhoud is voor iedereen herkenbaar. Ruth McKernan slaagt er in om complexe wetenschappelijke onderwerpen toegankelijk te maken voor een groot publiek. Wat Bill Bryson op de voorpagina zegt is werkelijk zo. Het is een prachtig boek, ontroerend en betoverend.

© Minervaria

Geen opmerkingen: