VANHEMELRYCK, F., Marginalen in de geschiedenis. Over beulen, Joden, hoeren, zigeuners en andere zondebokken. Leuven, Davidsfonds, 2004 (2e druk), 302 pp. – ISBN 90 5826 2553
Marginalen zijn een bijzondere groep in de samenleving. Ze leven in de schaduw en zijn daarom slechts laat voorwerp geworden van historisch onderzoek. Marginaal is wie door de gemeenschap en de heersende cultuur gedurende lange tijd uitgestoten wordt of die deze gemeenschap vrijwillig de rug toekeert. Marginaliteit is overigens een rekbaar begrip: wat in de ene maatschappij als marginaal gedrag beschouwd wordt, wordt in een andere probleemloos aanvaard.
Marginale groepen inspireren weinig of geen eerbied en worden meestal misprezen door het grootste deel van de bevolking. Toch bewijzen zij de maatschappij een dienst. Door hun asociale gedrag bevestigen zij de sociale normen die door de gemeenschap als positief worden ervaren. Dit was vroeger zo, en het is ook nu het geval.
In dit boek beschrijft Fernand Vanhemelryck, hoogleraar en specialist in de geschiedenis van criminaliteit en strafrecht aan de K.U. Brussel en Leuven, de geschiedenis van de meest in het oog lopende marginale groepen in het ancien régime in Europa en vooral in de Zuidelijke Nederlanden. In deze periode werden opvattingen en gedragingen van mensen zeer sterk bepaald door Kerk en Overheid. Mensen hoorden allereerst tot een groep. Vóór de Verlichting had het individu als persoon nauwelijks betekenis.
Vanhemelryck bespreekt hoe de marginalisatie er concreet uitzag, welke sociale en ideologische overwegingen aan de basis lagen, en hoe de maatschappelijke houding tegenover de marginale groepen in het ancien régime evolueerde. Hij geeft hiermee tevens een illustratie van de hardnekkige vooroordelen, fobieën en obsessies in een maatschappij tegenover al wie om een of andere reden niet ten volle kan deelnemen. Tegelijk valt het op hoe herkenbaar dit alles is in onze tijd. De moderne marginaliteit treft grosso modo dezelfde groepen mensen en aan bepaalde groepen worden nog steeds dezelfde kenmerken toegedicht als zoveel eeuwen geleden.
De auteur gaat vooral in op de wijze waarop de marginale groepen werden bejegend. Hij getuigt van een ontzettend gedetailleerde feitenkennis. Deze feiten krijgen in het boek teveel aandacht. Is de modale lezer wel echt geïnteresseerd in een opsomming van opeenvolgende verordeningen en maatregelen in diverse steden? Volgens mij is geschiedenis meer dan een verzameling feiten. Ze krijgen slechts zin en betekenis in een context. Die wordt hier stiefmoederlijk behandeld.
Ik had liever meer gelezen over de achtergronden van de marginalisatie, en de algemene tendens van de maatregelen in die tijd. Dit had een tijdsbeeld opgeleverd, waarin de feiten als ondersteuning dienen. Ik vind het bovendien jammer dat de marginalen zelf nauwelijks aan het woord komen. In bepaalde gevallen, waarbij geschreven getuigenissen van marginalen zijn overgeleverd, was dat toch mogelijk geweest.
Vanhemelrijck hanteert de chronologie van gebeurtenissen en reglementeringen ook niet consequent. Regelmatig heeft hij het over de 17e of 18e eeuw, om onmiddellijk daarna terug te keren naar een vroegere periode, maar dan m.b.t. een andere streek. Slechts gaandeweg wordt duidelijk dat hij een onderwerp streekgebonden behandelt.
Verder had ik ook graag, voor zover beschikbaar, meer cijfermateriaal gezien. Nu moet je als lezer genoegen nemen met de subjectieve omschrijvingen van tijdgenoten, die echter gebaseerd zijn op hoe deze mensen het probleem ervaarden. Een aantal van die bedenkingen worden echter wel, toch een beetje te laat, in het besluit opgenomen.
Voor wie belangstelling heeft voor de geschiedenis van zondebokken in de maatschappij is het boek de moeite waard.
Het werk is vlot leesbaar, en heeft een aangename bladspiegel. Er mochten meer illustraties zijn.
© Minervaria
Geen opmerkingen:
Een reactie posten